Het verschil tussen informatie en kennis (management) blijkt in de praktijkvaak verwarrend. Zoveel zielen, zoveel gedachten, zoveel meningen; en een evenredige hoeveelheid (creatieve) manieren om deze begrippen toe te passen. Wat voor de een kennis is, is voor de ander informatie (management).*
De vraag is: who cares? Is dit onderscheid eigenlijk wel belangrijk?
En zo ja: wat is dan een handig uitgangspunt?
(NB. voor iedereen die niet geïnteresseerd is in de achterliggende theorie, kan meteen doorgaan naar detweede alinea: ‘who cares’)
De theorie
Er zijnallerlei definities over het onderscheid in data, informatie en kennis.
Bots & Jansen (2005) beschrijven data als objectieve feiten, gegevens waaraan nog geen betekenis is gegeven. Het cijfer ‘1000’ bijvoorbeeld, is op zich betekenisloos. Pas wanneer duidelijk is dat dit cijfer bijvoorbeeld betrekking heeft op de omvang van een bepaalde organisatie, krijgt het betekenis. En dan ontstaat informatie. De oorspronkelijke betekenis van informeren is: vorm geven aan. Door gegevens met elkaar in verband te brengen en te interpreteren, wordt betekenis/vorm gegeven en ontstaat informatie. Dat betekent dat informatie dus niet buiten een individu kan bestaan; mensen kiezen welke betekenis zij aan informatie geven en interpreteren op hun eigen manier.
Enwat is dan kennis? Bertrams (1999) beschrijft kennis als datgene wat iemand in staat stelt een bepaalde taak te vervullen door het selecteren, interpreteren, combineren en waarderen van informatie. Weggeman (2000) omschrijft het begrip kennis met de formule: K = f(I * E V A). Kennis als het totaal van Informatie maal Ervaring, Vaardigheden en Attitude. Informatie wordt dus pas kennis op het moment dat het bewerkt is met ervaring, vaardigheid en houding.
Er isonderscheid te maken in twee ‘soorten’ kennis: impliciete kennis (tacit knowledge) en expliciete kennis (explicit knowledge). Expliciete kennis is waarneembaar. Het is kennis dat geuit is of is opgeslagen, waardoor het persoonsonafhankelijk is gemaakt. Impliciete kennis is persoonlijk en moeilijker met anderen te delen. Het gaat om gevoel, subjectieve inzichten en intuïtie en zit in de hoofden van mensen. We kunnen bijvoorbeeld een boek lezen over projectmanagement (expliciete kennis), maar hoe iemand in de praktijk een project managet, heeft alles te maken met impliciete kennis. Dan wordt dat watiemand uit boeken heeft geleerd, gecombineerd met ervaring, vaardigheid en houding.
Who cares?
Zijn deze definitiesin de praktijk belangrijk? Nee. Dat denk ik niet. Sterker nog: dit soortbegripsbeschrijvingen kunnen zelfs averechts werken omdat zete complex,te abstract en niet inspirerend zijn.
Maar,als je ‘iets’ met kennismanagement of informatiemanagement doet of gaat doen, dan is een gezamenlijk begrip over deze termen essentieel – vooral ommiscommunicatie en interpretatieverschillen te voorkomen(zie mijn boek’15 praktijkverhalen over kennismanagement’).Wat daarbij telt is niet zozeer ‘de waarheid’, maar vooralde bruikbaarheid: eenpraktischgezamelijk begrip over wattermen betekenen, zodat je erin de praktijk mee uit de voeten kunt.
De formule van Weggeman (2000) kan hierbij goed helpen. Hierbij kun je stellen dat de I van Informatie overeenkomt met expliciete kennis en dat de impliciete kennis overeen komt met de EVA (Ervaring, Vaardigheden, Attitude).
Een handig uitgangpunt voor de praktijk, zoubijvoorbeeld kunnen zijn:
- Informatie:expliciet, vastgelegd in documenten, informatiesystemen en/of netwerkweken. Is nog aanwezig in een organisatieals alle mensen verdwenen zijn.
- Kennis: impliciet,onlosmakelijk verbondenmet de mens. Is niet meer aanwezig in de organisatie aan het einde van de dag – als de mensen vertrokken zijn.
Dus, who cares? I do. Maardan vooral voor de praktische toepassing en ons gezamenlijke begrip.
Bertrams, J. (1999). De kennisdelende organisatie. Schiedam: Scriptum
Bots, R.T.M. & W. Jansen (2005), Organisatie en Informatie. Groningen: Wolters-Noordhoff
Depassé, D. & E. la Roi (2009), 15 praktijkverhalen over kennismanagement, Rotterdam: Essentials Media
Weggeman, M. (2000), Kennismanagement; de praktijk. Schiedam: Scriptum